TerugAlbastenbuurtTerug
 
Nummer:2
Andere namen:Maaspoort [na 1854]
Poort van Pieter Jacobsz. de Vrij [7]
Adres voor 1871:Wijk 7 nr. 483-484 (tussen)
Adres na 1871:Uiterstegracht 78

Beschrijving:
De merkwaardige benaming Albastenbuurt duikt pas op in de 19e eeuw. Opvallend is echter dat de naam niet voorkomt in officiële documenten - zelfs niet in krantenberichten - maar alleen wordt vermeld op de stadsplattegronden van Van Campen in 1850 en 1879 en op een gebuurtekaart van omstreeks 1853.

Toch gaat de geschiedenis van de poort vrij ver terug. In 1579 verkocht Pieter Jacobsz. de Vrij een deel van zijn perceel aan de linnenwever Pieter Huybrechtsz. Uit de waarbrief blijkt dat er al een bestaande, doch onbebouwde poort of gang was en het karakter had van een 'achterom', noordelijk belend door de kuiper Pieter Harmensz. Bij de verkoop werd bepaald dat de poort gedeeld eigendom zou zijn (elcx halff ende halff). Er blijkt sprake te zijn van een voor- en achterpoort; afgesproken wordt dat Pieter Huybrechtsz. de voorpoort en De Vrij de achterpoort zal onderhouden. En omdat De Vrij naast zijn beroep als brandewijnstoker varkens houdt, wordt bepaald dat die vuylicheyt daer van comende, zijn losinge hebben zal in de goot, lopende bezijden 't brandewijnshuys tot in de voorseyde graft [= Uiterstegracht], mits dat hij de voorseyde goot zal onderhouden alzoe lange als hij verckens hout ende anders niet.

In 1606, ontstaat er toch onenigheid tussen De Vrij en Maritgen Gerritsdr., de weduwe van de eerdergenoemde koper Pieter Hubrechtsz. Niet over de varkens van De Vrij, maar nopende 't gebruyc van zeeckere poorte ende gange haerluyden beyder in t gemeen toecomende, waervan de uytgang respondeert achter de huysinge van Pieter de Vrij ende besijden den voornomde Maritgens huysinge tot opte Uytterstegraft. Het geschil wordt voorgelegd aan Schepenen die vonnissen dat alleen degenen die het huis van De Vrij bewonen recht van doorgang hebben. Bovendien moet Pieter op zijn kosten in de gang een muur van ca. 2½ meter optrekken, gerekend vanaf het achterhuis van Marijtje tot aan haar huis aan de gracht, vlak langs haar zijgevel. Kennelijk maakt zij ook gebruik van de poort, want De Vrij wordt bevolen om een deur te plaatsen die toegang geeft tot haar erffken. Ook moet hij een deur plaatsen aan de ingang van de poort die door beide partijen 's avonds moet worden afgesloten. Het bericht eindigt met de opdracht dat Pieter en Marijtje de poort samen rustelic ende vredelic zullen gebruiken en belovende daermede te zullen wesen ende blijven goede vrunden ende gebuyren.

Maar volgens het register Vetus bezat Pieter de Vrij in 1585 nog altijd het voor- en achterhuis en een of twee huisjes int poortgen dat hij verhuyrt. Op 09-06-1589 verkoopt hij dit perceel aan zijn schoonzoon, de pottenbakker Henrick Dircxz. (waarmee dus ook de naamgeving van de poort is verklaard). Volgens het Oud belastingboek had de poort een breedte van 0-4-4 (dat is ca. 1,25 meter). Nadat Henrick Dircxz. is overleden, hertrouwt zijn weduwe Elisabeth Pietersdr. de Vrij met Thonis Jansz. van der Veulen. Maar vervolgens overlijdt Elisabeth en verkoopt Thonis op 19-04-1640 voor fl. 2.020 het huys ende erve staende op de Uytterstegraft omtrent de Groenesteech met twee huysgens daer achter, d'een aen de noort- ende d'ander aen de suytsijden met een vrijen uytgang opte graft. De koper is Pieter Henricxz. van Gooten en in de waarbrief worden voor en achter maar liefst zeven verschillende belendende eigenaars genoemd. Dat wijst op een nogal gecompliceerd beloop. Bovendien kan uit de waarbrief worden opgemaakt dat er niet alleen sprake was van een poort, maar óók van 'een vrije uitgang op de gracht'.
Daarmee kan echter niet de poort van De Vrij worden bedoeld zoals vermeld op fol. 143vso - deze mededeling berust op een vergissing (zie ook 30. Blommendaalpoort).

Vervolgens verkoopt Van Gooten in 1646 huis en poort aan Jan Gillisz. van Leeuwarden. Na zijn overlijden verleent het stadsbestuur toestemming aan de Weeshuisregenten om voor de bekostiging van het levensonderhoud van zijn nagelaten kinderen het huis te verkopen. Nieuwe eigenaar is de herbergier Pieter de Grient. Op 07-07-1657 verkoopt zijn weduwe het bezit in twee delen. Het huis aan de gracht wordt voor fl. 1.498 verkocht aan Joris Jorisz. van Dorp, terwijl Abraham Lucasz. van de Vest voor fl. 750 de huisjes in de poort koopt.
In de volgend jaren wordt het eigendom gesplitst verkocht, met dien verstande dat de eigenaars van de twee huisjes (zie Bonboek fol. 149 en 149vso) niet langer dezelfde zijn als die van het 'principale' huis aan de Uiterstegracht. Er wordt nog een derde huisje bijgebouwd met de vermelding 'in de Pottebackerspoort' (Bonboek fol. 149vso).

De poort lag aan de westzijde van de Uiterstegracht, dicht bij de Groenesteeg. Waarschijnlijk is de Albastenbuurt na 1850 als Maaspoort vernoemd naar Adriaan Lodewijk Maas. In 1854 was hij eigenaar van Wijk 7 nr. 482, 483 en 483A. Op de stadsplattegrond van 1879 wordt de ingang als Uiterstegracht 78 geadresseerd. De geschiedenis lijkt zich te herhalen wanneer A. Erik in 1882 vergunning vraagt om in de Maaspoort varkens te houden.

Vermelding in archiefbronnen:
Waarboek 67 G 1578fol. 1271579-03-27
Grachtenboek 53fol. 531583-07-15
Vetus-1585fol. 2731585
Oud-belastingboek 1601fol. 572v1601
Buurtquestieboekfol. 31 (voor scan zie Personenindex ELO)1606-09-18
Waarboek 67 3P 1639fol. 170v1640-04-19
Bonboek (6623, Nicolaasgracht)fol. 143v1642 na
Bonboek (6623, Nicolaasgracht)fol. 148v (hier wert de poort van Pieter Jacobsz. de Vrij overgesprongen)1642 na
Bonboek (6623, Nicolaasgracht)fol. 149-149v1642 na
Waarboek 67 3Y 1639fol. 1851646-12-06
Waarboek 67 6H 1697fol. 30 ('Pottenbakkerspoort')1697-05-18
Waarboek 67 8G 1737fol. 1471737-07-23
Waarboek 67 10L 1780fol. 1261782-03-13
Lantaarngeld 1814fol. NN (Wijk 7 nrs, 483-484)1814

Vermelding in andere bronnen:
krantenberichtDiverse krantenberichten uit de periode 1882- 1921. Het oudste is van 18-12-1882 waarin A. Erik de gemeente toestemming verzoekt om in een perceel in de Maaspoort varkens te mogen houden.
krantenberichtLeidsche Courant1882-12-18
krantenberichtLeidsch Dagblad1882-12-19
 
Poortbebouwing
Namen en adressen, aantallen woningen en bewoners, woninggrootte en kwaliteit
BewoondOnbewoond
1. 1850 (ca.) Opgave S. van der Paauw
2. 1853 Buurtkaart
3. 1871 Huisnommerboek 1871
4. 1879 Kaart Van Campen 1879
5. 1892 Aanleg waterleiding -
    - aangelegd [A]
    - door eigenaar geweigerd [G]
    - eigenaar weigert betaling [AG]
6. 1892 Aantal woningen
7. 1892 Aantal bewoners
8. 1899 Kaart Van Campen 1899
Woningonderzoek
1913
Aantal
vertrekken
per woning
in 1912/13
Woning-
onderzoek 1922
19001912
aantal woningenaantal bewonersaantal woningenaantal bewoners123zeer slechtslechtvrij slechtredelijk
12345678
-32-xA110x111181--