PIETER WIT |
PIETER WIT
functies:
schepen 1391-92, 99-1400, 1400-01; kerkmr. van St. Pieter 1403-04, 06-07.
beroep:
korenkoper (1397-98, GvH. 1474 f. 33v.).
woonhuis:
aan de Breestraat-Rijnzijde, verm. 7 mei 1380 (W. 428 f. 3).
huisbezit:
* verm. als belender aan de Diefsteeg 10 mrt. 1400 (W. 954).
* een ½ huis en erf aan St. Nicolaasgracht, waarop 8 s.g.g. rente rustte; 13 juli 1394 verkocht (Secr. 1528).
rentebezit:
* 26 mei 1402 16 Eng. nobel lijfrente samen met zijn vrouw bezeten, t.l.v. de stad, losbaar met 106 2/3 nobel; verm. 1412-13 (Secr. 80 f. 65v., 513 f. 18).
* 10 Eng. nobel lijfrente, alsboven (Secr. 513 f. 19).
* de gift van een huis en erf, verm. 11 mrt. 1403 (RA. 50 f. 39v.).
* zes renten op huizen en erven te Leiden, o.m. aan de Rijn, 14 apr. 1418 verkocht (RAZH, Familiearchief Cousebant 1006 f. 5).
borgstelling:
* 7 feb. 1385 Willem Claasz. en Gerrit Willemsz. (Secr. 19 f. 66).
* 2 nov. 1415 Costijn Jacobsz. (Secr. 20 f. 52).
varia:
zegel: twee reptielen in horizontale richting onder elkaar (Ke. 549, 22 jan. 1400); pachter van de Leidse turfaccijns met Jacob Coman 1 feb. 1392-93; van de Hal met Willem Tedenz. 1 feb. 1392-93 (Rek. Lei., I 5); van de wol- en velleaccijns 11 juni-6 aug. 1399 (Rek. Lei., I 58).
familie:
hij is wellicht dezelfde als Pieter Jans Wittenz., zoon van Jan die Witte (ovl. tussen 30 juni 1354 en 3 aug. 1374) en van Lijsbeth, dr. van Jan Philipsz. (zie Pieter Gobburgenz. c.s. onder IIIe.); zou dan het zegel van zijn moeders familie hebben overgenomen. tr. tussen 13 apr. 1399 en 26 mei 1402 (Rijnsburg 462; zie Secr. 80 f. 65v.). Tr. Alijd, ovl. 4 mrt. 1419, begr. St. Pancraskerk, liet 1 nobel na voor memoriediensten (Ke. 416 f. 57v.; Ga. 334 (28) f. 18); zij kocht 13 apr. 1399 1 £ pay. rente op een huis en erf te Rijnsburg, door haar man 12 apr. 1413 verkocht (Rijnsburg 462). (tr. eerder Simon Simonsz., Rijnsburg 462, zie Willem Luutgardenz. c.s.). Hij tr. waarsch. eerder Margriet, dr. van Adam Adamsz. (zie heer Claas Adamsz.). Pieter zal verwant zijn van Jacob Dirk Pieter Wittenz.z. (zie hierna).
Auteur | Fred van Kan |
Publicatie | Het Leidse Patriciaat |
Home | www.oudleiden.nl |