WILLEM IJSBRANDSZ. C.S

 

Previous PageHome PageNext Page


WILLEM IJSBRANDSZ. C.S

(later: VAN BERENDRECHT).

Vgl. voor dit geslacht ook De Man, 'Van Berendrecht').

I. IJSBRAND BOUDIJNSZ.

ovl. voor 4 april 1379 (Hoek, 'Rept. Poelgeest', 179).

woonhuis:

woonde 29 dec. 1351 op 17 morgen land te Koudekerk, waarmee Alewijn Gerritsz. van Rijsoirde toen door de graaf werd beleend (GvH. 707 f. 2).

landbezit:

* 3 morgen land in de Lage Waard te Koudekerk, leen van Poelgeest; 27 aug. 1353 opnieuw beleend met 2 morgen hieruit, met ledige hand (Hoek, 'Rept. Poelgeest', 179).

* waarsch. 2 morgen land te Alphen, door zijn erfgenamen 1399 verkocht (Weeskamer 608 f. 2v.).

varia:

wrsch. de IJsbrand Boudijnsz. aan wie de graaf 30 juni 1355 de duinen tussen Kennemerland en de Maas en de zeevond en zeedrift tussen die grenzen - en strekkend tot Gorinchem - in beheer gaf tegen 18 £ Holl. p.j. uit het rentmeesterschap van Noord-Holland (GvH. 244 f. 69).

familie:

zoons:

1. Jacob IJsbrandsz.

werd 4 apr. 1379 beleend met 2 morgen land te Koudekerk in de Lage Waard, Poelgeests leen, afkomstig van zijn vader; dit was later in handen van zijn zonen Hendrik en Willem (Hoek, 'Rept. Poelgeest', 179-180).

2. Willem IJsbrandsz., volgt IIa.

3. Gerrit Spronc IJsbrandsz., volgt IIb.

4. Boudijn IJsbrandsz., volgt IIc.

IIa. WILLEM IJSBRANDSZ.

ovl. in 1390 op pelgrimstocht naar Rome (Ke. 416 f. 15).

woonhuis:

zijn weduwe woonde 30 jan. 1398 aan Hogelandskerkgracht (Ga. 456 p. 62).

huisbezit:

verm. als belender aan de Nieuwe Rijn 24 nov. 1376 (Ke. 606).

landbezit:

1 morgen land in de Lage Waard te Koudekerk, Poelgeests leen, afkomstig van zijn vader (Hoek, 'Rept. Poelgeest', 180).

familie:

tr. Geertruud; zij kocht 21 jan. 1392 een rente van 10 s.pay. op een huis en erf aan de Mare bij de Maremolen (Ke. 416 f. 16); 11 juli 1394 10 s.pay. rente op een huis en erf aan de Oude Rijn, beide door haar voor memoriediensten overgedragen aan St. Pancraskapittel (Ke. 416 f. 16 en 19v.). Zij schonk 1409 12 £ pay. aan St. Pancraskapittel voor memoriediensten; ovl. 18 feb. 1428, begr. St. Pancraskerk; dr. van Pieter Florisz. en Hillegond (Ke. 416 f. 44v.). Kinderen:

1. Jan Willem IJsbrandsz.z., volgt IIIa.

2. Dirk Willem IJsbrandsz.z.

functies:

schepen 1403-04; burgemr. 1418-19.

huisbezit:

3 feb. 1417 een brouwhuis en voorhuis, gekocht voor 30 gouden nobel, 5 s.pay. en 75 gouden nobel (RA. 50 f. 179v.).

borgstelling:

* 30 apr. 1407 Hildegond Pietersz. (Secr. 20 f. 26).

* 24 mrt. 1408 Michiel Jordijnsz., van den Borch (Secr. 20 f. 30).

varia:

zegel: twee vogels en een posthoorn (2:1), later: drie vogels (2:1) (De Man, 'Van Berendrecht', 145).

3. Gerrit Willem IJsbrandsz.z.

functie:

H. Geestmr. 1412-13, 14-15, 16-17.

beroep:

brouwer (1412-13, Ke. 323 (9) f. 10v.).

woonhuis:

aan de Hofstraat 22 feb. 1416 verm. (W. 428 f. 124v.).

huisbezit:

* 25 feb. 1377 1/3 van een huis en erf en 1/3 van een ½ huis en erf daarnaast, aan de Nieuwe Rijn; erop bleven resp. 2 s. 6 p.g.g. en 22 p.g.g. gevestigd (Secr. 1530).

* een huis en erf aan de Nieuwe Rijn, 2 sep. 1385 verkocht tegen 5 s.pay. (Ga. 456 p. 46).

* 25 juni 1412 ½ huis en erf aan de Diefsteeg (Secr. 1419).

* 2 dec. 1416 een huis en erf aan het Rapenburg, hierop rustte een rente van 3 s. 4 p.pay. met houde (Secr. 1576).

rentebezit:

* 2 sep. 1385 5 s.pay. op een huis en erf aan de Nieuwe Rijn (Ga. 456 p. 46).

* 51½ comans groot op een huis en erf aan St. Pietersnieuwsteeg (Ga. 456 p. 40).

* 12 juli 1412 5 s. 1 p.g.g. met houde op een huis en erf op de Hogewoerd, 6 s.g.g. op een huis en erf op de hoek van de St. Pietersnieuwsteeg, 5 s.g.g. op een huis en erf ald. (Ke. 35).

* 7 jan. 1415 1 £ pay. op een huis en erf aan het Rapenburg (Secr. 1575).

* 3 juni 1415 10 s.pay. met houde op 2 kameren en een erf aan het Rapenburg (Agn.bhf. 51).

Toegewezen pandingen op huizen en erven te Leiden:

* 24 sep. 1412 voor 6 nobel 7½ bot (Secr. 1924).

* 13 juli 1413 voor 11 Eng. nobel (Secr. 1925).

* 22 apr. 1414 voor 27½ Eng. nobel (Secr. 1926).

* 10 juli 1414 voor 11 Eng. nobel (Secr. 1930).

* 14 mrt. 1415 voor 27½ Eng. nobel (Secr. 1927).

* 28 mei 1417 voor 27½ Eng. nobel (Secr. 1928).

* 26 aug. 1417 voor 27½ Eng. nobel (Secr. 1929).

4. Pieter Willem IJsbrandsz.z.

ovl. 16 apr. 1394 (Ke. 416 f. 19v.).

5. Floris Willem IJsbrandsz.z.

werd 21 sep. 1381 Leids poorter met zijn vader als borg (Secr. 19 f. 55v.).

6. Hildegond

tr. 1e Gerrit die Griemer (Ke. 416 f. 62v., zie ald.); tr. 2e Floris Jansz. van Scodde of Scodije, te Haarlem (Ke. 416 f. 62v.); tr. 3e IJsbrand van Alkemade (tr. eerder Hildegond, dr. van Jan Baeck; De Man, 'Van Berendrecht', 99; Rek. Lei., I 375, Ga. 455 f. 65; en Ke. 416 f. 77).

7. Jacob Willem IJsbrandsz.z.

verm. als welgeborene te Oudshoorn en Aarlanderveen 1405 (GvH. 1313 f. 2v. en 10v.).

IIIa. JAN WILLEM IJSBRANDSZ.Z.

ovl. voor 14 aug. 1430 (Hoek, 'Wassenaar', 625).

functies:

schepen 1397-98, 1407-08, 14-15; burgemr. 1415-16.

beroep:

bierkoper (1407, RA. 50 f. 60v.).

woonhuis:

te Marendorp, verm. ca. 1390; missch. deel uitmakend van de huizen, afkomstig van zijn oom Gerrit Spronc (Blok, Hollandsche stad, I 325).

huisbezit:

* huizen aan de Mare te Marendorp, verm. 6 feb. 1387, de abdij Rijnsburg bezat hierop 12 p.g.g. met houde en mocht er 2 paardenstallen houden; afkomstig van zijn oom Gerrit Spronc (zie ald.)

* 26 dec. 1398 Willem Screvels huis en erf te Marendorp (RA. 50 f. 23).

* 1410 een huis en erf aan St. Joostgracht, gekocht voor 5 £ 12 p.pay. (RA. 50 f. 99).

landbezit:

* 9 mei 1406 2 morgen land (het Godshuyslant) te Woubrugge, leen van Raephorst (Hoek, 'Rept. Raephorst' 105).

* 19 morgen land, Berendrecht, te Leiderdorp, uit eigen 8 okt. 1421 opgedragen aan de abdij Rijnsburg (Hüffer, Bronnen, II 732).

* 2 morgen land in de Woudbroec (de Goodshuyscamp) te Woubrugge, opgedragen uit eigen aan de burggraaf 15 dec. 1406 (Hoek, 'Wassenaar', 625).

rentebezit:

* 13 juni 1396 1 £ op een huis en erf te Leiden (RA. 50 f. 94).

* 28 juli 1410 2½ nobel 5 bot schuldbrief (RA. 50 f. 123v.).

* 17 jan. 1418 14 gouden schilden 4½ leeuw schuldbrief; 25 sep. 1418 afgeschat (RA. 50 f. 191).

* 7½ nobel lijfrente, t.l.v. de stad, met zijn zoon Willem bezeten, verm. 1412-13 (Secr. 513 f. 19v.).

* hetzelfde, samen met zijn zoon Pieter (Secr. 513 f. 19v.).

borgstelling:

* 10 nov. 1392 Gerrit Mourijnsz. (Secr. 19 f. 95).

* 11 dec. 1398 Jacob Jansz. (Secr. 19 f. 110).

* 15 mei 1402 Andries die Bruun Costijnsz. (Secr. 20 f. 10).

* 10 nov. 1415 Jan van den Woude (Secr. 20 f. 52).

* 25 juni 1418 heer Gillis van Cralingen (Secr. 20 f. 59).

varia:

zegel: 3 posthoorns, achtpuntige ster in het schildhart (28 aug. 1397, Ke. 680; 19 apr. 1415: 2 vogels, 1 posthoorn (Secr. 1616). Welgeborene te Alphen 1399 (GvH. 1368 f. 2); te Oudshoorn 1405 (GvH. 1313 f. 7). Pachter van de Leidse wol- en velleaccijns 19 feb.-16 apr. 1399 (Rek. Lei., I 57).

familie:

tr. Badeloge Dirksdr. (die Bruun?), ovl. tussen 1437 en 27 jan. 1440 (De Man, 'Van Berendrecht', 99, 103). Zij bezat 1412-13 met haar zoon Ewout een lijfrente van 7½ nobel t.l.v. de stad en met haar zoon Gerrit Lam een van 4 nobel (Secr. 513 f. 19v. en 22v.); is zij de Badeloge Dirksdr. die 1417-18 een raamstede bezat waarop St. Pieterskerk een rente had? (Ke. 323 (11) f. 12v.). Kinderen (De Man, 'Van Berendrecht', 99-100):

1. Willem Jansz.

bezat een lijfrente met zijn vader van 7½ nobel (Secr. 513 f. 19v.).

2. Pieter Jansz.

bezat met zijn vader een lijfrente van 7½ nobel (Secr. 513 f. 22v.).

3. Gerrit Lam

bezat met zijn moeder een lijfrente van 4 nobel (Secr. 513 f. 22v.).

4. Matheus.

5. Ewout Jansz.

bezat met zijn moeder een lijfrente van 7½ nobel (Secr. 513 f. 19v.).

6. Katrijn.

IIb. GERRIT SPRONC IJSBRANDSZ.

(Rijnsburg 130 f. 33).

ovl. voor 6 feb. 1387 (Rijnsburg 130 f. 33 en Secr. 553 f. 3).

woonhuis:

te Marendorp aan de Mare; hierop bezat het klooster Rijnsburg 12 p.g.g. met houde, met de bepaling dat het klooster in het huis twee paardenstallen hield en de paarden zelf van voeder voorzag; verm. 6 feb. 1387 (Rijnsburg 130 f. 33).

borgstelling:

* 13 nov. 1379 Albrecht Albrechtsz. (Secr. 19 f. 50v.).

* 19 mei 1380 Claas Jansz., van Zoetermeer (Secr. 19 f. 50).

* 3 juli 1385 Daniel Hugenz. (Secr. 19 f. 68v.).

* 8 feb. 1382 Albrecht Cosijn Woutersz. (Secr. 19 f. 56).

* 8 feb. 1385 Dammas Jansz. (Secr. 19 f. 66v.).

varia:

werd 15 dec. 1365 Leids poorter met 12 £; borg Corte Willem van Amerongen (Secr. 19 f. 2v.).

familie:

tr. wrsch. Femeynse (verm. als weduwe als belendster in de Diefsteeg 15 mrt. 1408, Klo. 912 f. 101).

kinderen:

1. IJsbrand Gerrit Sproncsz., volgt IIIb.

?2. Pieter Gerrit Sproncsz.

verm. 25 jan. 1398 (W. 428 f. 83).

IIIb. IJSBRAND GERRIT SPRONCSZ.

ovl. 1418 (Ke. 418 f. 127).

functies:

schepen 1416-17, 17-18; kerkmr. van St. Pancras 1419-20.

huisbezit:

15 mrt. 1416 een huis en erf te Leiden (RA. 50 f. 170).

landbezit:

* 1409-10 ½ raamstede, waarop een rente t.b.v. St. Pieterskerk, 1413-14 na verkoop in handen (Ke. 323 (8) f. 15v.; (10) f. 7v.).

* 1412-13 ½ raamstede, waarop een rente t.b.v. St. Pieterskerk, ook verm. 1413-14 (Ke. 323 (9) f. 7, (10) f. 7v.).

borgstelling:

25 juni 1418 Dirk van Bleeswic (Secr. 20 f. 59).

varia:

zegel: 3 vogels (2:1) (Ke. 1021, 4 mei 1417).

IIc. BOUDIJN IJSBRANDSZ.

ovl. tussen 11 apr. 1384 en 23 feb. 1387 (GvH. 226 f. 215v. en 246v.).

landbezit:

* 12 jan. 1376 4 morgen land in Crommeweer, gemeen met land van Jacob Hendriksz.'s kinderen gelegen, en 2 hond land aan Claas Screvels laan, te Leiderdorp; grfl. leen (GvH. 226 f. 169v.).

* land te Koudekerk in de Hoge Waard, verm. 11 apr. 1384 (GvH. 226 f. 215v.).

varia:

11 dec. 1369 beloofde hij vrijwaring bij een verkoop door Aarnd Gode Dirk Fyenz.z. inzake land te Leiderdorp (RANBrab., Arch. v.h. Hollandse Huis bij Geertruidenberg 1 f. 180).

familie:

zoon:

IIIc. HUGE BOUDIJNSZ. (IJSBRANDSZ.Z.)

functie:

kerkmr. van St. Pancras 1402-03, 06-07; schepen 1407-08.

beroep:

drapenier (1399-1400, Rek. Lei., I 140); handelde in erwten (1401/02-03/04, Ga. 334 (6) f. 14, (8) f. 14v. en (10) f. 15); bierkoper (1411/12-13, Ga. 334 (16) f. 22v., (17) f. 21); handelde in kalk (1411-12, Ga. 334 (16) f. 25).

landbezit:

* 23 feb. 1387 4 morgen land in Crommeweer, gemeen met land van Jacob Hendriksz.'s kinderen gelegen, en 2 hond land aan Claas Screvels laan, te Leiderdorp; grfl. leen; beleend met ledige hand 1390 (GvH. 226 f. 246v. en 708 f. 4v.). Ontving deze goederen 9 juli 1406 ten eigen en droeg in ruil op:

* 2½ morgen land te Leiderdorp (Grote Dirxcamp; GvH. 230 f. 29).

* 6 feb. 1406 5 hond 18 gaard land te Leiderdorp, aan de Zijl, gekocht voor 4 £ 6 s. 4 p.pay. rente (Klo. 1528, Secr. 84 f. 73).

* 4 morgen land te Leiderdorp, voor 20 aug. 1408 verkocht (Secr. 84 f. 73 en 75).

* 1409-10 ¼ raamstede in St. Pietershoeve, belast met een rente t.b.v. St. Pieterskerk (Ke. 323 (8) f. 7v.).

borgstelling:

* 18 jan. 1389 Jan Dirk (Secr. 19 f. 79v.)

* 14 mei 1410 Simon Hugenz. (Secr. 20 f. 37).

* 14 mei 1410 Aarnd die Wilde (ibidem).

* 20 jan. 1412 Claas Jansz. (Secr. 20 f. 43).

* 26 nov. 1415 Willem Dirksz. Broertgen (Secr. 20 f. 52v.).

varia:

zegel: 2 vogels en 1 posthoorn (8 aug. 1407, Ke. 566). Deed aankopen t.b.v. St. Agnietenklooster 10 dec. 1416 en 9 okt. 1422 (Klo. 1541 en 18).

familie:

zijn zoon was wellicht Jan Vos Huge Boudijnsz.z., ovl. 24 jan. 1434; een broer van de laatste was Gerrit Hoogstraat, zijn moeder Trude Bavenz. (sic!) (Ke. 416 f. 89).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl