JAN MELISZ. |
JAN MELISZ.
ovl. wrsch. voor 19 apr. 1384 (W. 428 f. 53v.).
functie:
gasthuismr. 1361-62; schepen 1362-63, 64-65, 65-66, 66-67, 68-69.
beroep:
kaaskoper (1372 aankopen bij zijn vrouw, GvH. 1231 f. 22).
woonhuis:
vermoedelijk aan de Breestraat, verm. van zijn erf aan de Rijn, ten noorden van het gasthuis 13 dec. 1363 en 20 nov. 1372 (Ke. 493 f. 31 en 34).
borgstelling:
* 1 okt. 1367 Dirk van der Lane (Secr. 19 f. 12).
* 18 aug. 1368 Poes Willem Woutersz. (?), van Amsterdam (Secr. 19 f. 16).
* 30 okt. 1368 Bertelmeeus Willemsz. (Secr. 19 f. 16v.).
varia:
zegel: 3 schuinbalken (1 mei 1367, Ga. 501; Secr. 1499, 9 jan. 1363).
familie:
tr. Lisebeth, verm. 1372 als handelend in kazen (zie hoger) en 19 apr. 1384 als belendster aan het Rapenburg (W. 428 f. 53v.).
Auteur | Fred van Kan |
Publicatie | Het Leidse Patriciaat |
Home | www.oudleiden.nl |