Activiteiten

Inventarisatie Wederopbouwkunst

Stationsplein 107 relief

Keramisch reliëf, Kunstenaar onbekend, herplaatst in het stadhuis (foto: Jos Hooghuis)

 

Adres

Stationsplein 107, voorheen 7, 2312 AJ  Leiden

Bouwjaar

1967

Architect

J. Jonkman en P. van Dorp

Oorspronkelijke bestemming

Rijksbelastingdienst

Huidige gebruik

Tijdelijke bewoning

Kunstobject(en)

Keramisch reliëf

Kunstenaar

onbekend

Status

Herplaatst in stadhuis

 

Beschrijving

Het reliëf is ca. 1.40 meter breed en ca. 1.00 meter hoog. Het kunstwerk is in klei geboetseerd en daarna in middelgrote stukken gesneden. Na het droogproces is het in een oven gebakken en beschilderd met glazuurpasta. Vervolgens is het opnieuw gebakken waardoor het een gekleurde ‘huid’ heeft gekregen. De verschillende vormen hebben allemaal hun eigen kleur en bewerking.

Het kantoorgebouw dat in 1966 is gebouwd naar ontwerp van de Leidse architecten J. Jonkman en P. van Dorp bestaat uit twee vleugels die verbonden worden door het trappenhuis. Hoofdaannemer was Wernink’s Beton- en Aannemingsmaatschappij N.V. te Leiden. Op 3 juli 1963 is met de bouw begonnen. Bij de officiële ingebruikname bood ir. J. Jonkman namens de architecten, de hoofdaannemer en de onderaannemers het plastiek voor de kantine aan. De kantine was gelegen op de zesde verdieping. De naam van de kunstenaar kon niet worden achterhaald.

Het gebouw is omstreeks 2009 aangekocht door de gemeente die er gemeentelijke diensten in heeft ondergebracht (CWI en belastingdiensten). Het gebouw zal worden gesloopt in het kader van de herontwikkeling van het Stationsplein. Tot 2022 was het in gebruik als gemeentekantoor. Tot aan de sloop, die gepland is voor zomer 2023, zal het worden gebruikt voor tijdelijke bewoning.

Het keramisch reliëf is in 2022 overgebracht naar een gang op de begane grond in de linkervleugel van het gerenoveerde stadhuis aan de Breestraat.

Stationsplein 107 relief

Keramisch reliëf op de oorspronkelijke plaats, achter het buffet in de kantine van Stationsplein 107 op de zesde verdieping (foto: Jos Hooghuis)

Stationsplein 107 Keramisch relief 2 Stationsplein 107 Keramisch relief 3

Keramisch reliëf herplaatst in het stadhuis (foto’s: Jos Hooghuis)

 

Bronnen

“Belastinggebouw officieel geopend”, in: Leidsch Dagblad, 21 december 1966, p. 2

“Monumentale kunst herplaatst in het stadhuis”, in: Nieuwsbrief van de Historische Vereniging Oud Leiden (digitaal), oktober 2022

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden 2009, p. 75

Spoelstra, Yteke, Monumentale kunst ontdekt in Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken 2017, https://www.leidseregioinkaart.nl/kaarten/images/Monumentale_kunst.pdf

11 oktober 2022

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Stationsplein 107 Meine Jansen 1

Glas-in-beton (6e verdieping), Jan Meine Jansen (foto: Jos Hooghuis)

 

Adres

Stationsplein 107, voorheen 7, 2312 AJ  Leiden

Bouwjaar

1966

Architect

J. Jonkman en P. van Dorp

Oorspronkelijke bestemming

Rijksbelastingdienst

Huidige gebruik

Sinds 2010: gemeentekantoor

Van 2022 - 2024: huisvesting Oekraïners, statushouders en opleiding van Vluchtelingenwerk Nederland

Kunstobject(en)

Glas-in-betonramen

Kunstenaar

Jan Menno Meine Jansen (1908 –1994)

Status

Sloop per 1 oktober 2024

 

Beschrijving

De glas-in-betonwand is 17.40 meter hoog en 7.40 meter breed en strekt zich uit over vijf verdiepingen. Deze bevat 126 ramen die zijn uitgevoerd in een eigen kleurstelling waarvan de hoofdkleuren de primaire kleuren rood, geel en blauw zijn. Aan het exterieur is het beton zichtbaar en in het interieur zijn de raamstijlen van alle 126 grote ramen afgetimmerd met hout. Het kunstwerk behoort tot de top van de monumentale of gebouwgebonden kunst uit de wederopbouwperiode, niet alleen in Leiden maar in Nederland. De glas-in-betontechniek die de kunstenaar toepaste is een voorbeeld van de nieuwe technieken waarmee de naoorlogse kunstenaars experimenteerden. Hierbij worden dikke glastegels op maat gekapt en in gewapend beton gezet. Inmiddels wordt deze bewerkelijke en kostbare techniek zelden meer toegepast en zijn veel glas-in-beton kunstwerken verdwenen. Het kunstwerk is gericht op de publieke beleving. De naoorlogse kunstenaars streefden ernaar met hun werk bij te dragen aan een nieuwe, vreedzame samenleving door kunst naar de mensen te brengen. Meine Jansen heeft zijn kunstwerk zo ontworpen dat iedereen die het belastingkantoor betrad in de sfeer kon worden gebracht van de kleuren die varieerden per verdieping. De glas-in-betonwand is geplaatst op het zuidwesten waardoor de veranderende zonnestand een wisselend effect creëert van gekleurde lichtbanen die zich door de ruimte verplaatsen. Dit noemt men wel de vierde dimensie. Het kunstwerk is dus niet zuiver decoratief. De schepping van Meine Jansen werd gefinancierd uit de rijkspercentageregeling voor monumentale kunst; de kosten bedroegen 64.990 gulden. Daarmee was het tot dan toe het duurste kunstwerk dat uit de rijkspercentageregeling werd gefinancierd.

Uit onderzoek door drs. Yteke Spoelstra, specialiste op het gebied van de monumentale kunst uit de wederopbouwperiode, blijkt dat Meine Jansen een zeer Leids kunstwerk heeft ontworpen waarbij hij zich niet alleen heeft laten leiden door de beginselen van De Stijl maar specifiek door de ideeën van Theo van Doesburg. Zo zijn bijvoorbeeld niet uitsluitend de primaire kleuren rood, geel en blauw toegepast maar ook de mengkleuren groen, oranje en roze. Zoals bekend heeft Van Doesburg in Leiden het tijdschrift De Stijl opgericht in 1917.

Jan Menno Meine Jansen (Meppel 1908 – Driebergen 1994) werd opgeleid aan de Rijksnormaalschool voor Teekenonderwijs en de Rijksakademie voor Beeldende Kunsten, beide in Amsterdam. Hij beoefende de vrije schilderkunst en vervaardigde tekeningen en gouaches. Zijn eerste glas-in-loodraam ontwierp hij voor de Rabobank in Driebergen (1958). Hierna volgden enkele ramen met religieuze voorstellingen in de kerken van de Nederlandse Protestanten Bond in Bennekom en de Nederlandse Hervormde Kerk in Benschop. In de jaren 1960 werd Meine Jansens stijl meer en meer non-figuratief. Glas-in-betonramen van zijn hand zijn o.a. te vinden in kerken in Driebergen, Amstelveen, Vlaardingen en Wassenaar. In de jaren 1970 vervaardigde hij glasappliquéramen, o.a. voor een openbare basisschool in Emmen. De glasappliquétechniek maakt vrije vormen en nieuwe kleurcombinaties mogelijk. Meine Jansens glas-in-betonramen werden uitgevoerd door Atelier Bogtman in Haarlem.

Meine Jansen heeft meerdere werken gemaakt in Leiden en omgeving. In 1963 heeft hij een wandschildering gemaakt in de inmiddels gesloopte KNO-kliniek van het Leidse Academisch Ziekenhuis. Op de kopse kanten van vijf flats aan de Beethovenlaan in Leiden bevinden zich metalen plastieken in de vorm van muziekinstrumenten van Meine Jansen. Een glas-in-betonraam van Meine Jansen is ook te vinden in het Dorpscentrum van de Protestantse Gemeente Oegstgeest (1967) aan de Lijtweg 9 (ook ontworpen door Jonkman en Van Dorp).

Het kantoorgebouw aan het Stationsplein 107, dat in 1966 is gebouwd naar ontwerp van de Leidse architecten J. Jonkman en P. van Dorp bestaat uit twee vleugels – één van zeven verdiepingen en één van vijf verdiepingen - die verbonden worden door het trappenhuis. In het trappenhuis is over de volle hoogte van het gebouw de glas-in-betongevel aangebracht. Hoofdaannemer was Wernink’s Beton- en Aannemingsmaatschappij N.V. te Leiden.

Het gebouw is omstreeks 2009 aangekocht door de gemeente Leiden die er gemeentelijke diensten in heeft ondergebracht. Een aanvraag door de HVOL om het gebouw een monumentstatus te verlenen is door de gemeente afgewezen. Sinds 2022 verbleven er Oekraïense vluchtelingen en statushouders en had Vluchtelingenwerk Nederland er een leslocatie voor inburgeraars. Het gebouw wordt vanaf oktober 2024 gesloopt in het kader van de herstructurering van het Stationsgebied.

De toekomst van het kunstwerk

In de Gebiedsvisie voor het Stationsgebied (april 2021) had de gemeenteraad bepaald dat het kunstwerk van Jan Meine Jansen zou worden opgenomen in de nieuwbouw en dat het kunstwerk zichtbaar moest zijn voor het publiek. Sinds 2018 heeft de gemeente met de HVOL, Erfgoedvereniging Bond Heemschut, de erven Meine Jansen en Erfgoed Leiden en Omstreken overlegd over behoud en herplaatsing van het kunstwerk. Dit heeft niet tot een oplossing geleid. In het Bestemmingsplan 2023 voor het Morspoortgebied is vastgesteld dat uitplaatsen en herbouwen van het kunstwerk op een nieuwe locatie niet haalbaar is.

Als reactie hierop hebben op initiatief van de HVOL de Leidse architect Fons Verheijen en de Amsterdamse architect Allard Meine Jansen (Allard Architecture), kleinzoon van de kunstenaar, een plan ontwikkeld om het kunstwerk te behouden op de huidige locatie tussen twee geplande nieuwbouwkavels. Dit plan is door de gemeente afgewezen.

In een laatste poging het kunstwerk te behouden heeft Allard Meine Jansen plannen ontwikkeld om het kunstwerk op de nemen in de nieuwbouwkavel ter plaatse, de zogenaamde M2-kavel, die na voltooiing de naam De Tarentaal zal krijgen. Hierin zijn 156 huurappartementen en een sociaal pension voor 50 personen voorzien. Vanwege de beperkte hoogte van de sokkel waarin het kunstwerk volgens dit plan wordt herplaatst zal het onderste gedeelte doorlopen in de parkeergarage onder het gebouw.

De gemeente Leiden is bereid de kosten van ontmanteling van het kunstwerk te dragen. De HVOL neemt de tijdelijke opslag voor zijn rekening. De kosten van mogelijke reconstructie van het kunstwerk komen geheel voor rekening van de HVOL. Met behulp van Erfgoedvereniging Bond Heemschut wordt hiervoor een fondsenwervingsactie gevoerd.

 

Stationsplein 107 Meine Jansen 2 Stationsplein 107 Meine Jansen 3
Figuur 1 exterieur achterzijde gebouw (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 2 interieur begane grond (Foto: Jos Hooghuis)
Stationsplein 107 Meine Jansen 4 Stationsplein 107 Meine Jansen 5
Figuur 3 interieur begane grond (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 4 interieur 1ste verdieping (Foto: Jos Hooghuis)
Stationsplein 107 Meine Jansen 6 Stationsplein 107 Meine Jansen 7
Figuur 5 interieur 2de verdieping (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 6 interieur 3de verdieping (Foto: Jos Hooghuis)
Stationsplein 107 Meine Jansen 8 Stationsplein 107 Meine Jansen 9
Figuur 7 interieur 5de verdieping (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 8 interieur 6de verdieping (Foto: Jos Hooghuis)
Stationsplein 107 Meine Jansen 10 Stationsplein 107 Meine Jansen 11
Figuur 9 interieur 5de verdieping (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 10 interieur 6de verdieping (Foto: Jos Hooghuis)
STATIONSPLEIN 107 MEINE JANSEN HERPLAATSING 1  STATIONSPLEIN 107 MEINE JANSEN HERPLAATSING 2
Figuur 11 Kunstwerk (rood) geplaatst tussen twee gebouwen. (Allard Architecture). Afgewezen plan.   Figuur 12 Kunstwerk (gekleurd) geplaatst tussen twee gebouwen (Allard Architecture). Afgewezen plan.

 

 glas in beton kunstwerk artistieke impressie allard architecture 240913 1 glas in beton kunstwerk artistieke impressie met kleuren allard architecture 240913 
 Artistieke impressie van het herplaatste kunstwerk in de te realiseren nieuwbouw (AllardArchitecture)  Artistieke impressie van het herplaatste kunstwerk in de te realiseren nieuwbouw (AllardArchitecture)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bronnen

Ban, Hans van den, In opdracht:  zestig jaar percentageregeling beeldende kunst bij rijksgebouwen, Amsterdam: SUN, 2011, pp. 31, 446

“Belastinggebouw officieel geopend” in: Leidsch Dagblad, 21 december 1966, p. 2

Bellaar, C.C.M., “Jan Meine Jansen”, in: Hoogveld, Carine (hfdred.) Glas in lood in Nederland 1817-1968, Den Haag: SDU, z.j., p. 287

“Leids belastinggebouw geheel gecentraliseerd” in: Nieuwe Leidse Courant, 16 december 1966, p. 3

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden, 2009, pp. 45, 75, 201

Spoelstra, Yteke, Monumentale kunst ontdekt in Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken 2017, https://www.leidseregioinkaart.nl/kaarten/images/Monumentale_kunst.pdf

Spoelstra, Yteke en Allard Architecture, Glas-in-beton kunstwerk Jan Meine Jansen Stationsplein 107 Leiden. Onderzoeksrapport in opdracht van de gemeente Leiden, april 2020,

https://www.oudleiden.nl/images/monkunst/Bestanden/Rapportage_Yteke_Spoelstra_en_Allard_Architecture_kunstwerk_Meine_Jansen_15-5-2020_1_MB.pdf

Stroo, Martine, Jan Meine Jansen 1908-1994. Schilderijen, tekeningen en monumentaal werk, Zutphen 2005, pp. 133-135

RKD https://rkd.nl/explore/artists/55016

http://www.helpwandkunstopsporen.nl/12/details/2785/

 

  21 september 2024

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Schubertlaan 131 de Ru 1

Polyester gevelobject, Peter de Ru (foto: portal leiden)

 

Adres

Schubertlaan 133, 2324 CR Leiden (tegenwoordig Schubertlaan 131)

Bouwjaar

1977

Architect

Elfers, Hoogeveen en Van der Kraan

Oorspronkelijke bestemming  

School voor geestelijk mindervaliden “Korte Vlietschool”

Huidige gebruik

Praktijkcollege Metrum van De Korte Vlietschool voor (voorgezet) sociaal onderwijs

voor leerlingen met een verstandelijke beperking

Kunstobject

Gevelobject

Kunstenaar

Peter de Ru (1950)

Status

Verdwenen

 

Beschrijving

Bij de opening van de school aan de Schubertlaan 133 werd in de aula een vlag gehesen met een grote zon. Daarbij werd de hoop uitgesproken dat deze voor alle betrokkenen in de school nimmer zou ondergaan. De zon is het embleem van de Stichting De Korte Vlietschool. Hierop geïnspireerd is een grote polyester zon op de buitenmuur aangebracht door Peter de Ru.

In juni 1976 stond er een oproep in de Leidse dagbladen aan kunstenaars uit de regio. Het verzoek was om documentatie en ideeën in te sturen voor een nieuw werk in de Korte Vlietschool, een school voor moeilijk lerende kinderen. Geld voor deze decoratieve aankleding van de nieuwbouw aan de Schubertlaan in Zuidwest kwam vrij uit de percentageregeling.

Voor een gevel van de school aan de kant van de Schubertlaan vervaardigde De Ru een object. Het is een zon zoals de leerlingen van de Korte Vlietschool deze zien: oranjerood, rond, warm en met een heleboel armen als stralen. Dit kunstwerk is inmiddels verdwenen.

Peter de Ru (Leiden 1950) is autodidact die werkzaam is als schilder, beeldhouwer en graficus. Hij kreeg bekendheid door wandschilderingen die hij in opdracht vervaardigde. Hoewel de vorm van het gevelobject aan de Schubertlaan sterk verschilt van zijn werk in de latere jaren is het maatschappelijk engagement gebleven. Onder de weelderige vormen zit regelmatig commentaar op milieuproblematiek, onverschilligheid en overconsumptie verscholen.

 


Schubertlaan 131 de Ru 2

Leidsch Dagblad, 6 augustus 1977, p.3

 


Schubertlaan 131 de Ru 3

Leidsch Dagblad , 20 mei 1977, p.3

 

Schubertlaan 131 voorkant Metrum

Gevel Schubertlaan 131 in 2018 (foto: Jos Hooghuis)

 

Bronnen

“Korte Vlietschool officieel geopend”,  in: Leidse Courant, 20 mei 1977, p. 3

“Opening van Korte Vlietschool”, in: Leidsch Dagblad, 20 mei 1977, p.3

Fotoartikel in Leidsch Dagblad naar aanleiding van in gebruikname van speelwerk van Protestant Christelijke School “Ons Begin”, Leidsch Dagblad,  6 september 1977. p. 3

https://rkd.nl/nl/explore/artists/68718

https://www.visitleiden.nl/nl/zien-doen/overig/kunst-in-de-openbare-ruimte/schubertlaan-de-ru

 

3 februari 2019

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 [Geen afbeelding beschikbaar]

 

Adres

Schelpenkade 6, Leiden

Bouwjaar

1956

Architect

onbekend

Oorspronkelijke bestemming 

Textielfabriek Parmentier; vanaf 1965 Rijksherbarium

Huidige gebruik

 woningen

Kunstobject

11 vignetten

Kunstenaar

Frans Vollmer (1913-1961)

Status

Verdwenen

 

Beschrijving

De vignetten worden genoemd in het boek In Opdracht. Het is niet zeker of alle hierin genoemde werken ook daadwerkelijk zijn uitgevoerd.

Frans Vollmer (Den Haag 1913 – Wassenaar 1961) was autodidact. Hij was monumentaal kunstenaar maar is vooral bekend geworden door zijn muurschlderingen.

Het pand aan de Schelpenkade is in bezit geweest van de Universiteit Leiden. Het was onderdeel van meerdere gebouwen die lagen om een erachter gelegen binnenterrein. Dit hele complex is in de jaren negentig verkocht aan een projectontwikkelaar die de locatie heeft ontwikkeld met woningen. De panden aan de Schelpenkade zijn behouden en als zogenaamde cascowoningen verkocht.

Aan de huidige bewoners is gevraagd of bij aankoop de vignetten nog aanwezig waren. Dit was niet het geval.

 

Bronnen

Ban, Hans van den, In opdracht:  zestig jaar percentageregeling beeldende kunst bij rijksgebouwen, Amsterdam: SUN, 2011

https://rkd.nl/nl/explore/artists/81700

 

15 oktober 2018

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Scheepswerf 2 74 Eendracht 1

Glas-in-loodramen De Eendracht, kunstenaar onbekend (foto: Cor Smit)

 

Adres

Scheepswerf 2-74, 2315MS, Leiden

Bouwjaar

Architect

Oorspronkelijke bestemming

woningbouwlocatie na sloop

Huidige gebruik

Woningbouw

Kunstobject

Glas-in-loodramen woningbouwvereniging De Eendracht.

Vervaardigd in 1957

Kunstenaar

onbekend

Status

Herplaatst

 

Beschrijving

De ramen zijn vervaardigd bij gelegenheid van het 45-jarig jubileum van woningbouwvereniging De Eendracht in 1957. De oorspronkelijke locatie was het bestuursgebouw aan de Lombokstraat in De Kooi. De ontwerper van de ramen is onbekend. Volgens de Nieuwe Leidsche Courant van 4 december 1957 stellen de ramen voor de vereniging van het oude en het nieuwe: de oudere huizen en de nieuwe flatwoningen. Dit wordt gesymboliseerd door de ineengeslagen handen. In de jaren 1990 zijn de ramen geplaatst in de nieuwbouw aan de Scheepswerf bij het Steneveltpark aan de Zijl (in de Kooi).

In 1993 is De Eendracht gefuseerd met De Goede Woning (1913) en de Christelijke Woningbouwvereniging Voorschoten (1965) tot woningbouwverenging Zijl en Vliet. In 2004 is Zijl en Vliet gefuseerd met De Sleutels tot De Sleutels van Zijl en Vliet.

De Sleutels is in 1988 ontstaan uit een fusie van  Ons Belang (1913), De Tuinstadwijk (1913) en PCW (1958).

 

Scheepswerf 2 74 Eendracht 2 Scheepswerf 2 74 Eendracht 3
Huidige plaats kunstwerk (foto: Jos Hooghuis)

Huidige locatie bij ingang, links onder luifel (foto: Jos Hooghuis)

 

Scheepswerf 2 74 Eendracht 4

De ramen op de oorspronkelijke locatie in de Lombokstraat (foto: NLC/N. van der Horst)

 

Bronnen:

“Deze bouwvereniging stuwde wooncultuur omhoog” in: Nieuwe Leidsche Courant, 4 december 1957, p. 3

Smit, C., Strijd om kwaliteit. De geschiedenis van de volkshuisvesting in Leiden, Leidse Historische reeks 18, Leiden 2006, p. 98

 

11 oktober 2018

Inventarisatie Wederopbouwkunst

Rooseveltstraat 49 Tieman

Keramisch reliëf, Henk Tieman (foto: Paulina Buring)

 

Adres

Rooseveltstraat 49, 2313 BL Leiden

Bouwjaar

1964

Architect

Ingenieurs- en architectenbureau Ae.G. en J.D. Postma

Rotterdam

Oorspronkelijke bestemming

Bedrijfshal met kantoor N.V. Shulton

Huidige gebruik

Leegstaand

Kunstobject

Keramisch reliëf

Kunstenaar

Henk Tieman (1921-2001)

Status

Niet bedreigd

 

Beschrijving:

Het reliëf is 7.40 meter lang bij 4.70 meter hoog. Het reliëf is deels  binnen en deels buiten  aangebracht. Buiten bevindt het zich boven en onder het bordes bij de ingang. Het gedeelte boven het bordes is afgedekt.

Het reliëf is uitgevoerd in bas-reliëfs met weing hoogteverschillen in de vormen. Het ontwerp is eerst in klei geboetseerd na te zijn gedroogd en in de oven gebakken. Vervolgens zijn de onderdelen beschilderd met een glazuurpasta en opnieuw gebakken.

Henk Tieman (Den Haag 1921 – Rotterdam 2001) is op 18-jarige leeftijd naar de  Koninklijke Academie voor Beldende Kunsten in Den Haag gegaan. Hij is opgeleid als beeldhouwer maar hij is gespecialiseerd in reliëfs. Hij heeft een groot aantal monumentale kunstwerken vervaardigd die door heel Nederland maar ook in het buitenland zijn te vinden. Hij was niet alleen verbonden, maar hij gaf ook leiding aan het atelier van de Bouwkeramiekafdeling van De Porceleyne Fles.

In Leiden is nog een aantal kleine reliëfs in de voormalige Koningskerk aan de Willem de Zwijgerlaan te vinden. Ook is er een keramisch werk aanwezig geweest in de voormalige Albert’s Corner op het Stationsplein dat een vogelvlucht voorstelde.

De plattegrond van het fabrieksgebouw is simpel rechthoekig met de lange gevel haaks op de Rooseveltlaan. Het kantoorgedeelte ligt aan de kortere kopse zijde van het gebouw en is toegankelijk via een trap met bordes. Aan de achterzijde van de trap is het relief aangebracht.

 

Bronnen:

Archief Royal Delft

Documentatie van Beeldende Kunst in Zuid-Holland

RKD https://rkd.nl/nl/explore/artists/Tieman%2C%20Henk

Spoelstra, Yteke, Monumentale kunst ontdekt in Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken 2017, https://www.leidseregioinkaart.nl/kaarten/images/Monumentale_kunst.pdf

 

1 augustus 2018

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Rijnsburgerweg 10 AZL KNO Rolle 1

Wandschildering, Nico Rolle (foto uit: Hans van den Ban, In opdracht)

 

Adres

Rijnsburgerweg 10, 2333 AA Leiden

Bouwjaar

1963

Architect

J. Jonkman en P. Van Dorp

Oorspronkelijke bestemming  

Academisch Ziekenhuis Leiden, Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde

Huidige gebruik

Gesloopt

Kunstobject

Wandschildering ‘Ark van Noach’

Kunstenaar

Nico Rolle (1929)

Status

Verdwenen

 

Beschrijving:

De wandschildering met als onderwerp ‘Ark van Noach’ is vervaardigd voor de naoorlogse uitbreiding van het het Academische Ziekenhuis Leiden. De Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde is in 1963 in gebruik genomen. De monumentale kunst in de nieuwbouw werd gefinancierd vanuit de percentageregeling van het Rijk. In 1985 zijn de gebouwen gesloopt met het oog op de bouw van het nieuwe Leids Universitair Medisch Centrum. Daarbij is de wandschildering van Rolle verloren gegaan.

Nico Rolle (Amsterdam, 1929)  is opgeleid aan het Instituut Opleiding tot Tekenleraren en de

Rijksakademie van Beeldende Kunsten, beide in Amsterdam. Tot 1969 was hij werkzaam als (politiek) tekenaar, illustrator, wandschilder en monumentaal kunstenaar. In 1959 won hij de Prix de Rome voor monumentale schilderkunst.

Het vooroorlogse Academisch Ziekenhuis Leiden, voorloper van het huidige Leids Universitair Medisch Centrum, was gebouwd in paviljoens: een concept waarmee men besmetting van patiënten onderling hoopte te voorkomen. De Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde was zo’n paviljoen; een losstaand gebouw dat uitsluitend ten dienste stond voor deze specialisatie. De Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde was in de jaren 1920 gebouwd.

Bronnen:

Ban, Hans van den, In opdracht:  zestig jaar percentageregeling beeldende kunst bij rijksgebouwen, Amsterdam: SUN, 2011

“Keel-, neus-, oorheelkunde in royale en modern geoutilleerde nieuwbouw” in: Leidsch Dagblad, 9 juli 1963, p. 3

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden 2009, p. 37-38

https://rkd.nl/nl/explore/artists/record?query=Rolle&start=4

 “Uitbreiding op terrein A.Z. Keel-, neus- en oorheelkunde heeft nieuwe kliniek” in: Nieuwe Leidsche Courant, 9 juli 1963, p. 3

 

25 maart 2018

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Rijnsburgerweg 10 AZL KNO Meine Jansen 1

Wandschildering, Jan Meine Jansen (foto uit: Martine Stroo, Jan Meine Jansen 1908-1994)

 

Adres

Rijnsburgerweg 10, 2333 AA Leiden

Bouwjaar

1963

Architect

J. Jonkman en P. Van Dorp

Oorspronkelijke bestemming  

Academisch Ziekenhuis Leiden, Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde

Huidige gebruik

Gesloopt

Kunstobject

Wandschildering

Kunstenaar

Jan Meine Jansen (1908-1994)

Status

Verdwenen

  

Beschrijving:

De wandschildering is vervaardigd voor de naoorlogse uitbreiding van het het Academisch Ziekenhuis Leiden. De Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde is in 1963 in gebruik genomen. De monumentale kunst in de nieuwbouw werd gefinancierd vanuit de percentageregeling van het Rijk. In 1985 zijn de gebouwen gesloopt met het oog op de bouw van het nieuwe Leids Universitair Medisch Centrum. Daarbij is de wandschildering van Meine Jansen verloren gegaan.

Jan Meine Jansen (Meppel 1908 – Driebergen 1994) werd opgeleid aan de Rijksnormaalschool voor Teekenonderwijs en de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten, beide in Amsterdam. Hij beoefende de vrije schilderkunst en vervaardigde tekeningen en gouaches. In Leiden is hij vooral bekend van zijn glas-in-betonramen in het voormalige Rijksbelastingkantoor aan de Stationsweg 107 en de metalen gevelreliëfs van geabstraheerde muziekinstrumenten aan vijf flatgebouwen in de Beethovenlaan.

Het vooroorlogse Academisch Ziekenhuis Leiden, voorloper van het huidige Leids Universitair Medisch Centrum, was gebouwd in paviljoens: een concept waarmee men besmetting van patiënten onderling hoopte te voorkomen. De Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde was zo’n paviljoen; een losstaand gebouw dat uitsluitend ten dienste stond voor deze specialisatie. De Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde was in de jaren 1920 gebouwd.

Bronnen:

Ban, Hans van den, In opdracht:  zestig jaar percentageregeling beeldende kunst bij rijksgebouwen, Amsterdam: SUN, 2011

“Keel-, neus-, oorheelkunde in royale en modern geoutilleerde nieuwbouw” in: Leidsch Dagblad, 9 juli 1963, p. 3

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden 2009, p. 37-38

Stroo, Martine, Jan Meine Jansen 1908-1994. Schilderijen, tekeningen en monumentaal werk, Zutphen 2005

“Uitbreiding op terrein A.Z. Keel-, neus- en oorheelkunde heeft nieuwe kliniek” in: Nieuwe Leidsche Courant, 9 juli 1963, p. 3

 

25 maart 2018

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Rijnsburgerweg 10 AZL KNO Letterie 1 herplaatst

Wandplastiek, Frank Letterie (foto Jos Hooghuis)

 

Adres

Rijnsburgerweg 10, 2333 AA Leiden

Bouwjaar

1963

Architect

J. Jonkman en P. Van Dorp

Oorspronkelijke bestemming 

Academisch Ziekenhuis Leiden, Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde

Huidige gebruik

Gesloopt

Kunstobject

Wandplastiek ‘St. Maarten’

Kunstenaar

Frank Letterie (1931)

Status

Herplaatst in LUMC, Albinusdreef 2, 2333 ZA in Leiden

 

Beschrijving:

Het wandplastiek met als thema "St. Maarten" is vervaardigd voor de naoorlogse uitbreiding van het het Academische Ziekenhuis Leiden. Waarom voor dit thema is gekozen, is niet bekend. De nieuwbouw van de Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde is in 1963 in gebruik genomen. De monumentale kunst in de nieuwbouw werd gefinancierd vanuit de percentageregeling van het Rijk. Voor het kunstwerk van Letterie was 9.5000 gulden beschikbaar. In 1985 is de kliniek gesloopt met het oog op de bouw van het nieuwe Leids Universitair Medisch Centrum. Daarbij is het wandplastiek van Letterie uitgenomen om te worden herplaatst in de nieuwbouw.

Frank Letterie (Den Haag, 1931) is opgeleid aan de Kunstnijverheidsschool in Eindhoven, de Rijksakademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam en de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Hij is voornamelijk werkzaam als beeldhouwer maar ook als tekenaar, medailleur en monumentaal kunstenaar. Zijn werk is vooral uitgevoerd in brons, soms werkt hij ook in steen. Zijn beelden verwijzen vaak naar een moment van interactie tussen mensen onderling, tussen mens en dier of tussen dieren. In Leiden bevinden of bevonden zich enkele beelden van Letterie in de openbare ruimte.

Het vooroorlogse Academisch Ziekenhuis Leiden, voorloper van het huidige Leids Universitair Medisch Centrum, was gebouwd in paviljoens: een concept waarmee men besmetting van patiënten onderling hoopte te voorkomen. De Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde was zo’n paviljoen; een losstaand gebouw dat uitsluitend ten dienste stond voor deze specialisatie. De Kliniek voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde was in de jaren 1920 gebouwd.

Letterie LUMC Wandplastiek van Frank Letterie op de huidige locatie in het LUMC (foto: Jos Hooghuis)

 

Rijnsburgerweg 10 AZL KNO Letterie 1

Wandplastiek van Frank Letterie op de oorspronkelijke locatie in de KNO-kliniek

(foto uit: Hans van den Ban, In opdracht)

 

Bronnen:

Ban, Hans van den, In opdracht:  zestig jaar percentageregeling beeldende kunst bij rijksgebouwen, Amsterdam: SUN, 2011

https://www.frankletterie.nl/

“Keel-, neus-, oorheelkunde in royale en modern geoutilleerde nieuwbouw” in: Leidsch Dagblad, 9 juli 1963, p. 3

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden 2009, p. 37-38

 “Uitbreiding op terrein A.Z. Keel-, neus- en oorheelkunde heeft nieuwe kliniek” in: Nieuwe Leidsche Courant, 9 juli 1963, p. 3

 

14 september 2021

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Rijnsburgerweg 10 AZL Andrea

Wandschildering, Kees Andrea (foto uit: Hans van den Ban, In opdracht)

 

Adres

Rijnsburgerweg 10, 2333 AA Leiden

Bouwjaar

1963

Architect

J.C.W. Carmiggelt

Oorspronkelijke bestemming  

Academisch Ziekenhuis Leiden, Heelkundige kliniek

Huidige gebruik

Gesloopt

Kunstobject

Wandschildering ‘Vogelfluiter’

Kunstenaar

Kees Andrea (1914-2006)

Status

Verdwenen

 

Beschrijving:

Bij de naoorlogse uitbreidingen en aanpassingen van het Academisch Ziekenhuis Leiden is op verschillende plaatsen monumentale kunst aangebracht die werd gefinancierd vanuit de percentageregeling van het Rijk. In 1985 zijn deze gebouwen gesloopt met het oog op de bouw van het nieuwe Leids Universitair Medisch Centrum. Daarbij is deze wandschildering van Andrea verdwenen.

Kees Andrea (Den Haag, 1914 - Den Haag, 2006) werd geboren als zoon van een lithograaf. Zijn leraren waren Francis d'Erdely en Chris de Moor. Hij kreeg zijn opleiding aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten te Den Haag. In 1947 werd hij benoemd tot docent van de net opgerichte Vrije Academie in Den Haag. Andrea beheerste veel technieken. Zo was hij schilder, aquarellist, tekenaar, pentekenaar, etser, lithograaf, vervaardiger van houtsnedes, graficus, illustrator, monumentaal kunstenaar, wandschilder, textielkunstenaar (weeftechniek) en vervaardiger van mozaïek.

Het Gemeentemuseum Den Haag hield in 2005 een grote overzichtstentoonstelling ter gelegenheid van de negentigste verjaardag van de kunstenaar. Andrea was lid van Pulchri Studio, de Vereniging van Beoefenaars van de Monumentale Kunsten, de Hollandse Aquarellisten Kring, de groep Verve, de Realisten en het Nederlands Kunstenaars Genootschap. Hij is van invloed geweest op het werk van Hermanus Berserik.

Het vooroorlogse Academisch Ziekenhuis Leiden was gebouwd in paviljoens: een concept waarmee men besmetting van patiënten onderling hoopte te voorkomen. De Heelkundige Kliniek was zo’n paviljoen; een losstaand gebouw dat uitsluitend ten dienste stond voor deze specialisatie. De kliniek is in de periode van de jaren 1920 gebouwd en in de jaren 1980 gesloopt waarbij dit kunstwerk verloren is gegaan.

Bronnen:

Ban, Hans van den, In opdracht:  zestig jaar percentageregeling beeldende kunst bij rijksgebouwen, Amsterdam: SUN, 2011

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden 2009, p. 37-38

 

24 maart 2018