Soms kwam het voor dat zich binnen een poort nog een poort bevond, meestal in de vorm van een dwarsgang. In de regel hadden die geen naam. Of als dat in de volksmond wel zo was, maar niet werd geregistreerd, dan zijn ze vergeten en definitief verloren gegaan.
Een uitzondering op deze gang van zaken was de Grasmaaierspoort, een dwarsgang in het Vijf Zinnensteegje aan het Levendaal tegenover de St. Jorissteeg dat in de 19e eeuw bekend stond als de Daalderspoort.
De dwarsgang wordt in het Bonboek op fol. 349vso-351 duidelijk aangegeven. Het ging om vier huisjes; twee aan de zuidzijde en twee aan de noordkant. Dat is ook logisch, want de Vijf Zinnensteeg stond loodrecht op het Levendaal en bestond dus uit een oost- en westzijde. Het is echter niet duidelijk of de aftakking zich links of rechts van het steegje bevond. Op de stadsplattegrond van 1826 wordt de dwarsgang al niet meer aangegeven en zijn de vier huisjes kennelijk verdwenen.
De Grasmaaierspoort wordt overigens maar één keer vermeld. Dat was in een waarbrief en dan nog slechts als belending van een huis in Vijf Zinnensteeg. Bij andere eigendomsoverdrachten is hooguit sprake van een seekere gange |