 | Bonte paardenpoort |  | | Nummer: | 328 | Andere namen: | geen | Adres voor 1871: | Wijk 1 nr. tussen 57 en 59 | Adres na 1871: | Galgewater tussen 8 en 9 | Beschrijving: | Tussen de huizen Galgewater 8 en 9 bevindt zich een fraai gemetseld poortje met drie kleine gevelstenen. Bovenaan de afbeelding van een paard. Links daaronder een steen met het getal 16 en rechts een steen met 15 – samen vormen zij dus het jaartal 1615. De poorttoegang is dus van hoge ouderdom en vrij snel na de stadsuitleg van 1611 tot stand gekomen, toen de oude vestwal verdween en aan het Galgewater woningen werden gebouwd. Tegenwoordig geeft de poort toegang tot een aantal woningen in de Neeltje van Zuytbrouckhof.
De poort ontleent haar naam aan het pand Noordeinde 40 dat bekend stond als het ‘Bonte Paert’. Zeer waarschijnlijk is de houfslager of hoefsmid Lambrecht Jansz. de naamgever geweest. Hij zal wel een uithangbord aan zijn gevel hebben bevestigd. Zo wisten de vele ruiters en wagenvoerders die via de nabijgelegen Wittepoort de stad binnen kwamen, waar ze terecht konden om hun paarden te laten beslaan. Overigens wordt Lambrecht Jansz. al in 1542 genoemd als belendend eigenaar van Noordeinde 36-38. Dat pand stond bekend als de Kaatsbaan.
Nadat Lambrecht in of voor 1573 stierf, werd het pand dat zich naar achter uitstrekte tot aan de vest (nu Galgewater) eigendom van zijn weduwe, Neeltje Maertensdr. Het is haar naam die omstreeks 1585 op kaart nr. 30 in het z.g. Waterboek staat ingetekend. Op een wat latere kaart uit 1588 in het Stratenboek staat het pand op naam van haar schoonzoon, de vettewarier Heynrick Andriesz. Clouck die in 1576 met Jaapje Lambrechtsdr. trouwde.
Hoewel niet uitgesloten, is het onwaarschijnlijk dat het pand in die jaren al een achteruitgang had. In dat geval stuitte die immers op middeleeuwse vestingmuur achter het Noordeinde. Maar toen Leiden in 1611 aan de noordzijde werd vergroot, verdween de muur. De vrijkomende grond bood gelegenheid voor woningbouw en werd door het stadsbestuur verkocht. Met name Jaapje Lambrechtsdr., inmiddels weduwe, zag haar kans schoon en kocht ca. 150 m² die zij liet bebouwen. Zo zal de gang, lopend vanaf Noordeinde 40 met een uitgang aan het Galgewater, in 1615 zijn ontstaan. Jaapje Lambrechtdr. besloot vervolgens om in de gang enkele huizen te bouwen en het nog bestaande poortje te plaatsen.
Bekend is een burenruzie uit 1617 toen Andries en Lambrecht Clouck zich namens hun moeder Jaepjen Lambrechtsdr. beklaagden over de (rechter) buurman, de koperslager Pelgrum Fransz. Pelgrum had een nieuwe watergoot aangelegd naast de zijmuur van Jaepjens nieuwe huis, met gevolg dat het water door de muur sijpelde. Er wordt gesproken over een gang die uitloopt aan de Corte Vestwalle (nu het Galgewater). |  |  | Links de Bonte Paardenpoort, nu de toegang van enkele woningen in de Neeltje van Zuytbrouckhof. | Rechts de poort tussen de aangrenzende huizen aan het Galgewater. Een huis verder (naast de voormalige school) is nog net de Pompepoort zichtbaar. |
| Vermelding in archiefbronnen: | Waarboek 67 C 1563 | fol. 27v-28 | 1563-10-21 | Volkstelling 1581 | fol. 104v | 1581-09 | Verhuringsboek E | fol. 265 | 1612 | Oud-belastingboek 1617 | fol. 331 | 1617 | Buurquestieboek C | fol. 214 | 1617-04-13 | Bonboek (6616, Noord Rapenburg) | fol. 280v-283 | 1642 na | Waarboek 67 3S 1642 | fol. 66 | 1643-02-25 | Waarboek 67 3V 1644 | fol. 53 | 1644-06-06 | Waarboek 67 5N 1679 | fol. 56 | 1680-01-27 | Waarboek 67 7S 1729 | fol. 209 | 1729-06-02 | Vermelding in andere bronnen: | Boek | H.A. van Oerle, ‘Leiden binnen en buiten de stadsvesten’ [1975]. Zie de Atlas, bouwblok Q, naast blad 44a. | 1975 | Perceel | Historisch Leiden In Kaart | 2025 | HVOL | Geveltekens Data | 2025-01-10 | | |
|