De Joost Frans van der Lindenpoort is de voorloper van het latere en nog altijd bestaande monumentale hofje.
De zeemtouwer Joost Fransz. van der Linden was zowel eigenaar als naamgever van de poort. In 1668 bepaalde hij testamentair dat zijn nalatenschap moest worden aangewend om van de poort een hofje te maken met huisjes die eewiglyk by arme luyden voor niet en sonder huur mochten worden bewoond.
Omdat Van der Linden te weinig geld naliet gebruikte de Remonstrantse gemeente het geld uit het legaat van François Houttijn om de poorthuisjes op te knappen. In 1736 ontdekte de ijverige ouderling Dorreman dat deze gang van zaken gee recht deed aan de bedoelingen van de erflater en werd het François Houttijnhofje aan de Hooigracht alsnog gebouwd.
Eind goed, al goed - want zo is Leiden twee mooie hofjes rijker geworden. Toen in 1936 de aangrenzende krotten in de Paradijssteeg en Van der Werfstraat werden gesloopt, was het Joost Frans van der Lindenhofje nadien zichtbaar vanaf de nieuwe Grevenstraat.
Zie ook 246. Schalckpoortje.
Foto Wikimedia Commons, Rudolphous. De naam van het hofje Joost Fransen van der Lindenspoort herinnert nog altijd aan de oorsprong van het hofje.