Agenda

Download als een iCal bestand
Najaarsexcursie naar Zierikzee
Zaterdag 16 September 2017, 09:00 - 18:00

Voorlopig programma:
Met de bus vertrekken we van de bekende opstapplekken in Leiden en Oegstgeest naar Zeeland.
(7.30 uur voor "Het Witte Huis" en 8.00 uur voor de "Lammenschans")
Eerst brengen we een bezoek aan het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk waar we tijdens het nuttigen van een kopkoffie en een Zeeuwse bolus een presentatie over de geschiedenis van de ramp zullen krijgen.
Na het bezoek aan het museum gaan we naar Zierikzee waar we gaan lunchen. Daarna gaan we de stad verkennen.
In ieder geval hoort daar een stadswandeling en een museumbezoek bij (Stadhuismuseum en Gravensteen) bij.
Maar er is in het relatief kleine stadscentrum veel meer te ontdekken.

De prijs voor deze excursie is € 38,- voor (duo-)leden en € 43,- voor introducés

Zierikzee klein

 

                               button 1

 

Geschiedenis van Zierikzee:
Tijdens het ontstaan van Zierikzee liep de hoofdstroom van de Schelde langs de eilanden Schouwen en Duiveland. Geen wonder dat hier een havenplaats van belang ontstond. In 1012 ontstond na een zware storm een brede en diepe kreek, de Gouwe, tussen de eilanden Schouwen en Duiveland. Vanuit de Gouwe liep er een smallere kreek Schouwen binnen: de Ee. De naam Zierikzee is ontstaan uit de naam Zierik en het woord Ee (water). Dankzij de kreken kreeg Zierikzee toegang tot de voornaamste handelsroutes van die tijd. De haringvisserij op de Noordzee en de zoutproductie werden zeer belangrijk. De vleetvisserij (met drijvend rechtstaand net) leverde goede inkomsten op. De vangst werd in Engeland verkocht. Tijdens de periode dat er niet of weinig gevist werd verhuurde men de haringbuizen. Ook de scheepsbouw werd belangrijk. Net als in Middelburg werd hier de lakenindustrie belangrijk evenals de aanmaak van Mekrap (rode kleurstof)

Vanaf de 12e eeuw is de landheer de graaf van Holland. Er is vaak gevochten tussen de graven van Holland en die van Vlaanderen over de heerschappij over Zeeland. Het bekendste conflict was de periode na de zg. Guldensporenslag in 1302 waar de Vlamingen de Fransen verslagen hadden. Heel Zeeland op Zierikzee na, viel ten prooi aan de Vlamingen. In 1304 kwamen er een nieuwe aanvallen op de stad maar met de hulp van de Franse koning lukte het om de Vlamingen te verslaan. De stad kreeg als dank voor de standvastigheid diverse privileges van Graaf Willem III waardoor de stad de handelspositie kon verstevigen. Vooral de Oostzeehandel nam sterk toe. De scheepsbouw en scheepvaart is lang heel belangrijk gebleven. Hertog Albrecht van Beieren bestelde in 1398 in Zierikzee 25 schepen met bemanning voor zijn strijd tegen de Friezen en in 1506 bestond de vloot die de ouders van Karel V ( Philips de Schone en Johanna van Castilië) naar Spanje bracht, ook voor het grootste deel uit schepen van Zierikzee.

De stad was goed verdedigbaar mede door de twee haventorens Noorder- en Zuiderhavenpoort en de Nobelpoort die het noorden van de stad afsloot. Er waren hoge stadsmuren en grachten. Boven alles troonde de toren van grootste kerk van Zeeland: De Sint Lievensmonsterkerk. Helaas bleef het gunstige plaatje niet bestaan. De stad werd het slachtoffer van de strijd over de opvolging van graaf Willem VI. De strijd tussen Jacoba van Beieren en Philips de Goede. Philips nam in 1426 de stad in maar behandelde de inwoners mild. Dat werd anders na een conflict met Karel de Stoute die alle privileges van de stad ontnam. De doodsteek voor de stad was echter de verandering van de hoofdstroom van de Schelde en daarmee ook de scheepvaartroutes. De Gouwe verzandde en de schorren die tussen de buureilanden ontstonden werden ingepolderd en dus bleef alleen het Dijkwater over als verbinding met het water van de Oosterschelde. Er waren diverse rampen, onder andere branden, pestepidemieën en scheepsrampen en tot slot werd een groot deel van Schouwen door de zee verzwolgen.

De Geuzen namen de stad In de Tachtigjarige oorlog op 8 augustus 1572 in maar in 1575 moest de stad zich weer overgeven aan de Spanjaarden. Niet voor lang want door de muiterij van de Spaanse soldaten werd de stad weer na enkele maanden vrijgegeven. Einde 16e eeuw ging het weer beter met de stad. Het werd na Middelburg de tweede stad van Zeeland. De stad kreeg belangen op Duiveland. Er kwam een nieuw stadhuis en een nieuwe gevangenis: Het Gravensteen. Vergelijkbaar met Leiden werd ook hier recht gesproken en werden er voor het gebouw executies uitgevoerd. Op de toren na was de Lievensmonsterkerk gereed gekomen. De (Dikke-) toren is vanwege geldgebrek nooit afgekomen. De kerk zelf is in 1832 door brand verloren gegaan. Tegenwoordig is daar een zg. Waterstaatkerk (zoals de Hartebrugkerk in Leiden) gebouwd: De Nieuwe Kerk. Naast de kerk staat een standbeeld van mr. Pieter Mogge die voor Zierikzee een Hogeschool wilde financieren. Dat werd flink geboycot door met name de Leidse Universiteit.

In WO1 werd in Zierikzee de opvang verzorgd van Vlaamse vluchtelingen. Per vergissing werd de stad door een Brits vliegtuig gebombardeerd. In WO2 waren er veel Duitse militairen gelegerd in Zierikzee. In 1944 werd Schouwen-Duiveland onder water gezet. Het grootste deel van Zeeland is dan al bevrijd maar Schouwen-Duiveland heeft tot de capitulatie van de Duitsers moeten wachten. In februari 1953 is daar de watersnoodramp. Het eiland Schouwen-Duiveland wordt zwaar getroffen. Een groot deel ligt onder zeeniveau. Herstel kost veel tijd moeite en geld. In de nacht van 6 op 7 november wordt in Ouwerkerk het laatste stroomgat met behulp van 4 caissons gesloten. Thans is in deze caissons het Watersnoodmuseum gevestigd. In 1997 werd Zierikzee deel van de gemeenste Schouwen-Duiveland. Het gemeentehuis staat wel in Zierikzee.

Excursie naar Den Haag